U bevindt zich hier: Startpagina / Tips & Tricks / Kleiplaten maken

Kleiplaten maken

Tja, het kan zo gemakkelijk lijken, maar een goede plaat maken vergt even wat handigheidjes. Kleiplaten gebruik ik als ik kubussen wil maken of andere objecten  waar het handig is om gebruik te maken van platen. Ik laat ze dan leerhard worden zodat er al wat stevigheid in zit. Vooral bij het maken van een kubus is dat wel fijn. Wat heb je nodig:

♦ een plaat hout of een tafel
♦ doek, liefst canvas
♦ liniaal
♦ houten mes of kleinaald
♦ twee latjes, voor de dikte van je kleiplaat
♦ een roller of een dik stuk rond hout
♦ rubberen lomer
♦ snijdraad
♦ klei

Aan de gang!

Als je weet hoe groot je kleiplaat uiteindelijk moet worden, zorg je dat je plaat hout of tafel groter is dan dat wat je nodig hebt. Je begint met een stuk klei. Snij hem met een snijdraad van het pak af. Heb je alleen wat stukjes bij elkaar, walk dan de klei eerst. Je wilt dat er geen lucht meer in de klei zit (zie onderwerp “klei walken”). Leg de klei midden op je plaat of tafel en druk de klei met je handpalm zover mogelijk op dikte. Dit zorgt ervoor dat de kleiplaatjes niet één richting opgaan. Rol het daarna naar alle kanten uit. Niet gelijk helemaal plat maar gewoon wat platter. Afbeelding 1

Iedere keer als je met de roller over de plaat heen ben gegaan, keer je de plaat klei om. Probeer niet de plaat in één keer te rollen, doe er rustig een keer of vijf, zes over. Zo voorkom je spanning in de plaat. Het omkeren is een trucje. Grijp de klei aan de bovenkant met beide handen, waarbij je de vingers zo plat mogelijk houd (zie afbeelding). Til hem op, naar je toe en laat de onderkant van je af slingeren. Op het moment dat de onderkant het verst van je af is, laat je de plaat los, naar je toe. Klaar! En weer rollen. Zie afbeelding 2

Zorg dat je de latjes die de dikte aangeven, aan de zijkant van je plaat liggen. Doe dit zo vroeg mogelijk, anders krijg je dunne plekken in de klei.  Je roller moet dan wel zowel links als rechts op de latjes liggen. Probeer ook het rollen te variëren. Draai de plaat in plaats van een halve draai, ook een kwart draai. Als de kleiplaatjes (het kleinste bestandsdeel van klei) allemaal één kant op liggen, dan zal de plaat waarschijnlijk ook krom trekken. Door verschillende kanten uit te rollen, gaan ook de plaatjes verschillend liggen. Zie afbeelding 3

Houd rekening met de uiteindelijke grootte van de plaat. Als je hoekjes klei moet aanbrengen om je gewenste grote te bereiken, dan moet je de plaat opnieuw maken. Anders breken de hoeken er later af, dat wordt niet sterk. Heb je de dikte bereikt, dan snij je hem op maat. Daarna smeer je de plaat aan beide kanten dicht met een rubberen lomer. Geen vocht meer bij doen, alleen maar de lomer. Dit voorkomt ongelijke droogte. Zie afbeelding 4

Ga je slabbuiling met de platen, dan is de volgende info handig. Na het rollen doe ik een doek (die groot genoeg is voor meerdere platen) op een plaat hout, en leg de eerste plaat er op. Dan vouw ik het doek er weer op de kleiplaat en leg de volgende plaat op het doek. Totdat alle platen tussen doeken in liggen. Je stapelt ze dus. Daarboven leg ik weer een plaat met wat gewicht zodat de hoeken niet opkrullen. Nu laat ik het meestal twee dagen drogen in een plastic zak en controleer dan of ze droog genoeg zijn. Een plaat mag door als deze redelijk op een zijkant kan staan zonder door te buigen. Soms laat ik ze dan nog 2 dagen liggen op een nieuwe droge doek, ook weer gevouwen en in een plastic zak. Zie afbeelding 5

Zijn ze klaar voor gebruik, maak dan een soort lijm aan van gedroogd klei, een smurrie. Ik voeg geen azijn toe, bij mij werkt gewoon water en gedroogde kleipoeder perfect. Kras dan de randen in die je gaat verbinden en doe daar lekker veel “lijm” op. Breng ze samen en “snij” aan beide kanten van de naad, de klei diagonaal van de ene plaat naar de andere plaat. Dan meng je de klei ook nog eens met elkaar. Gegarandeerd een goede verbinding. Zie afbeelding 6

Afbeelding 1Afbeelding 1Afbeelding 2Afbeelding 2Afbeelding 3Afbeelding 3Afbeelding 4Afbeelding 4Afbeelding 5Afbeelding 5Afbeelding 6Afbeelding 6