U bevindt zich hier: Startpagina / Tips & Tricks / Deel 1: De oven vullen

Deel 1 van 2

Deel 1: De oven vullen

Ja, dan heb je uiteindelijk je oven maar hoe ga je er mee om? Natuurlijk altijd voorzichtig, maar als je nooit een oven hebt gehad? En heb je al mijn andere uitleg gelezen, “Hoe werkt een oven”?

Wat heb je nodig?

Het beste is als je de ovenwand zoveel mogelijk met rust laat. Dit geld ook voor de bodem. Deze is meestal gemaakt van vuurvaste steen die helaas ook zacht is. Als daar glazuur op druipt, dan is dat moeilijk van de steen af te halen, omdat het in de steen zakt. Het is dus altijd verstandig om te beginnen met een bodemplaat.

Deze zet je op kleine steuntjes zodat je plaat stabiel ligt, deze vangt dan het glazuur op van het werk dat op de plaat staat. Zorg dat je platen 6 cm kleiner zijn dan de binnen afmeting van je oven. Zo heb je 3 cm ruimte aan iedere kant en kan de warmte gemakkelijk in je oven circuleren.

OvenplatenOvenplaten
Bathwash van BotzBathwash van Botz

Verstandig is ook om je platen te voorzien van bathwash. Dit kun je zelf maken maar ook kopen en het beschermt je plaat als er toch glazuur op je plaat valt. De bathwash  zorgt ervoor dat het glazuur er makkelijk afgaat. Smeer dit niet op de bodem van je oven, daarmee gaan je ovenstenen kapot.

Tussen je platen gebruik je keramische cilinders. Ik plaats tussen elke plaat op de hoeken, cilinders. Ander materiaal is ook goed, als het maar bestand is tegen hoge en herhalende temperaturen. De cilinders zijn van verschillende hoogte. Je schaft ze vaak maar één keer aan, slijten doen ze vrijwel niet…..alleen als je ze laat vallen. Tussen de cilinders plaats ik verbindingstukken (zie hieronder). Ik zet nooit cilinders zonder deze passtukken op elkaar.

Keramische cilinders  Keramische cilinders
Verbindingsstukken voor  de cilindersVerbindingsstukken voor de cilinders

Uiteindelijk gebruik ik triangels van porselein en driehoekstukjes om m`n werk op te zetten. 

Ik gebruik ook stalen triangels, deze werken beter als je geen porseleinen puntjes in je werk wil. Die krijg je namelijk bij het gebruik van de porseleinen triangels. Het nadeel van deze triangels is dat je ze beter niet voor de hoogstook kan gebruiken. Ze kunnen dan makkelijker vervormen.

Trouwens, de triangels zijn zelf ook goed te maken. Dit doe je met een klompje klei waarin je de gewenste puntjes insteekt. Deze kunnen goed gemaakt worden van kanthaldraad.

Porceleine driehoekjesPorceleine driehoekjes

 Hebben we alles? Jep! Stoken!

Black Box van TomaBlack Box van Toma

Raak vertrouwd met je controller. Ik zie best vaak mensen die eigenlijk alleen weten welk programma ze moeten gebruiken maar verder niet weten hoe dat programma er uit ziet. Lees dus goed je handleiding en speel met je controller.

Weten hoe je programma er uit ziet, maakt je ook bekend met hoe je problemen kun oplossen. Er kan echt niet veel mis gaan. Hoogstens dat je werk er niet uitkomt zoals je dat wilde maar de oven kan niet kapot daardoor. Aan de linkerkant zie je de controller van Toma, de Black Box. Zo één heb ik ook. Maar door er mee te spelen, te oefenen, kan ik hem optimaal gebruiken. Zonde als je een dure controller heb, en je kan er niets mee.....

Heb je nog de keuze voor een controller, ga dan voor één waar je voldoende aan heb. Ik adviseer altijd om, als je voor een Bentrup gaat, minimaal voor een TC66 te kiezen. In de lagere klasse ben je te beperkt om een goede stook te kunnen doen. En, je kunt je controller altijd meenemen naar een nieuwe oven!

 De biscuitstook

Dit is één van de makkelijkste stoken. Je kunt biscuit in elkaar zetten, zolang het maar niet klemt. Zware voorwerpen niet op lichte voorwerpen zetten. Zet ze niet te dicht bij de spiralen of wand.  Zet je ze te dicht op de spiralen dan krijgt een deel van je biscuit een vroege kwartssprong, waardoor er scheuren kunnen ontstaan. Als ik er ruim met m’n platte hand langs kan, is het goed.

Heb je grote voorwerpen, zet deze dan niet direct op de plaat, net zoals voorwerpen met een dikke bodem. Voor dat soort werk, gebruik ik de porseleinen driehoek steuntjes. Als dikke voorwerpen direct op de bodem staan, dan telt ook de dikte van de ovenplaat mee in de dikte van de ovenplaat mee in de opwarming. Niet doen dus.

Grote voorwerpen hebben hogere krimp. Help ze makkelijker te krimpen door ze op porseleinen driehoekjes te zetten. Ik laat ze naar het midden van het voorwerp wijzen, zo kan het voorwerp schuiven als het krimpt. Ik gebruik voor zware objecten een laagje vogelzand (zilverzand) op de bodem.

Houd ook ruimte om het thermokoppel. Dit is het witte puntje wat uitsteekt in je oven (zie onderwerp “Hoe werkt een oven”).  Staat daar keramiek te dicht in de buurt, dan is het mogelijk dat je controller valse data ontvangt van de thermokoppel. Verdeel je ovenruimte zo, dat de platen, die de volgende etage vormen, minimaal een centimeter of drie boven je keramiek die op de vorige etage staan. Houd tenslotte ook weer minimaal 3 centimeter ruimte tot het “dak” van de oven. Zit er een opening aan de bovenkant van de oven, houd deze dan open.

 Stookprogramma biscuit

Je stookprogramma voor biscuit begint met een langzame opstook tot 650 graden en gaat dan redelijk snel door naar de 980. De langzame stook is van belang, de kwartssprong die op 573 graden plaatsvindt, moet in een keer gebeuren. Voor de kwartssprong moet alles op de juiste temperatuur zijn. Zie voor meer uitleg, “Hoe werkt.. een keramiek stook” ook op deze site. Ik stook ongeveer 70 graden per uur naar de 650. De rede daarvoor is omdat ik meestal groot werk maak. En ik wil niet dat al mijn werk door de biscuitstook ongedaan word gemaakt. Zo zonde!

Het vervolg van dit verhaal vindt je op "Deel 2: Hoe werk je met een oven?"

kiln fire